Letteren &cetera: Thomas Rosenboom en de Amerikaanse literatuur

Letteren &cetera is een maandelijkse literaire talkshow waarin Pieter Steinz, directeur van het Nederlands Letterenfonds, drie schrijvers en/of vertalers interviewt over hun recent verschenen boeken.
Tijd: 17.00-18.30.
Locatie: Spui25 in Amsterdam.

Op vrijdag 2 november zijn Thomas Rosenboom, Graa Boomsma en Guido Golüke te gast.

Guido Golüke
Met literair vertaler Guido Golüke gaat Pieter Steinz in gesprek over de Amerikaanse auteur John Cheever (1912-1982). Golüke (1949) werkt momenteel als Translator-in-residence op het NIAS in Wassenaar aan de vertaling van The Wapshot Chronicle; eerder dit jaar verscheen bij Van Gennep zijn herziene vertaling van Cheevers Bullet Park. In deze wrangkomische roman over een modelbestaan in een voorstad van New York fileert Cheever genadeloos de ideeën over fatsoen en moraal, en laat hij zien wat er onder de oppervlakte van de Amerikaanse droom borrelt.

Graa Boomsma
Graa Boomsma (1953) publiceerde verhalen, essays en romans, waaronder recent Achttien en Uit de school, een pleidooi voor beter onderwijs. In zijn nieuwe boek De Multatuli’s van Amerika. Democratisch denken in The Great American Novel (Nieuw Amsterdam) zoomt Boomsma in op de maatschappijkritiek in de romans van groten uit de moderne Amerikaanse literatuur, van Henry Thoreau en Herman Melville tot Susan Sontag, Jonathan Franzen en Dave Eggers. Een gesprek over het engagement van schrijvers versus de literatuur als reservaat.

Thomas Rosenboom
Thomas Rosenboom (1956) won tweemaal de Libris Literatuurprijs, in beide gevallen met een historische roman: in 1995 voor Gewassen vlees en in 2000 voor Publieke werken. Zijn nieuwe roman De rode loper, die daags voor het interview bij Querido verschijnt, haakt aan bij het heden. Hoofdpersoon Lou Baljon begint na een leven als roadie en opnametechnicus in een gekraakte garage een bioscoop. Opnieuw dreigt de tijd hem in te halen, maar dan krijgt hij een lumineus idee dat volmaakt past bij de moderne tijd: hij geeft het publiek de hoofdrol. Steinz praat met Rosenboom over de liefde voor het verleden en de hang naar het heden.

Letteren &cetera is gratis toegankelijk. Reserveren via de website van Spui25 is echter verplicht.

Iedereen kan vertalen?

door de Taskforce Jeroensdag

‘Wij schrijvers bedenken zinnen vanuit het niets, maar mijn vertalers moeten dat “gegeven”, dat subtiel van aard is of assonantie kent, culturele verwijzingen bevat of woordspelig is, in zijn delen ontleden en in een volstrekt andere taal weer in elkaar zetten, waarbij zo weinig mogelijk van het beoogde verloren mag gaan.’ (David Mitchell in Vrij Nederland, 24/07/’10, vert. Harm Damsma en Nick Miedema.)

Veel lezers, misschien wel de meeste, hebben daar geen idee van. Wij, vertalers, komen ze tegen op boekenbeurzen, manifestaties als Manuscripta, boekpresentaties, enz. Vertalen, hoezo? Moet dat? Hoe gaat dat? Dat is toch niet zo moeilijk! Daar heb je Google voor of andere vertaalprogramma’s. Toen CEATL (Europese Raad van Verenigingen van Vertalers) in het voorjaar voorstelde de feestdag van de patroon van de vertalers, St. Jeroen op 30 september, aan te grijpen om het vertalersvak onder de aandacht van het publiek te brengen, ontstond bij vertalers van de Vereniging van Schrijvers en Vertalers (VSenV) het idee om bezoekers van boekhandels of bibliotheken op die dag even mee te nemen op het kronkelige, vaak moeilijk begaanbare pad van de boekvertaling. Hoe slaagt de vertaler erin niet alleen de letter maar vooral de geest van de schrijver en zijn kunstwerk te begrijpen en in de doeltaal om te zetten? Hoe zorgt hij ervoor dat de lezer ook in de
vertaalde versie gegrepen wordt door het literaire talent van de auteur en niet hoeft te struikelen over hotsebotsend taalgebruik?

Jeroensdag

Verder lezen Iedereen kan vertalen?

Boekvertalers op Manuscripta 2012

Op zondag 2 september staan boekvertalers net als voorgaande jaren weer met hun bakfiets op het buitenterrein van Manuscripta. Er zijn de hele dag vertalers aanwezig om over hun werk te vertellen. Kom langs bij onze partytent, speel het Vertalersspel en win een boekenbon!

Manuscripta, de jaarlijkse opening van het boekenseizoen, 1 & 2 september 2012, Westergasfabriek Amsterdam.


Grotere kaart weergeven

Oproep: koppoters in andere talen

Koppoterdoor Ignace Schretlen

Een koppoter is de eerste mensfiguur die kinderen tekenen. Dat gebeurt rond het derde levensjaar. De koppoter intrigeert en we zien dan ook dat vanaf deze fase veel ouders en wetenschappers in kindertekeningen geïnteresseerd raken. De sprong in de ontwikkeling is minder groot dan vaak wordt verondersteld: een koppoter bestaat uit onderdelen die tevoren los werden getekend: een cirkel, een paar streepjes en punten. Waar blijft de romp, is steevast de vraag? Het meest plausibele antwoord is al meer dan een halve eeuw geleden geopperd: het hoofd fungeert vermoedelijk ook als romp. We beleven nu eenmaal romp en hoofd als één geheel.

Ongeveer een kwart eeuw word ik al geboeid door koppoters en verzamel ik van alles rond dit boeiende thema. Koppoters komen niet alleen in kindertekeningen voor maar ook in klassieke, middeleeuwse, moderne en hedendaagse kunst, creatieve uitingen van mensen met een mentale handicap of psychiatrische aandoening, in rotskunst en primitieve culturen, in de wereld van reclame en design, in allerlei games, in strips, volksverhalen en literatuur, enzovoort. Koppoters kunnen symbool staan voor een ongecompliceerde, vrolijke wereld maar ook voor een lugubere, duistere wereld. Bij dat laatste kan worden gedacht aan Jheronimus Bosch en Pieter Bruegel de Oude; welke benaming toen werd gehanteerd voor menselijke gedrochten (grotesken) in de vorm van een koppoter is onbekend. Verder lezen Oproep: koppoters in andere talen

Lezing Etienne van Heerden met vertaler Martine Vosmaer

Op 22 februari 2012 geeft de Afrikaanse auteur Etienne van Heerden met Martine Vosmaer, een van zijn vertalers, een lezing in het kader van de Master Literair Vertalen i.o. Deze lezing, over het vertaal- en schrijfproces van zijn nieuwste boek 30 nachten in Amsterdam, wordt georganiseerd in samenwerking met het Nederlands Letterenfonds en zal plaatsvinden in Utrecht. Van Heerden is in februari writer in residence in Amsterdam.

Etienne van Heerden (Oost-Kaap, 1954) is een van de belangrijkste schrijvers van Zuid-Afrika. In het Nederlands verschenen onder andere zijn romans De betoverde berg, De stoetmeester, De witte aap, Het zwijgen van Mario Salviati en In de plaats van liefde. Van Heerden is hoogleraar aan de universiteit van Kaapstad.

Deze maand verscheen 30 nachten in Amsterdam, geschreven na een eerder verblijf (2007) in Amsterdam als writer in residence. Hij schreef voor de Volkskrant een essay over zijn verwarrende ervaringen. Later verwerkte hij die in een roman, waarin de fictieve hoofdpersoon Henk de Melker uit Zuid-Afrika ook in dat huis logeert. Verder lezen Lezing Etienne van Heerden met vertaler Martine Vosmaer

Boekverbranding ‘Het negerboek’

Op 31 maart publiceerden we een artikel van Ine Willems over haar vertaling van The Book of Negroes van Lawrence Hill. In een reactie op 14 juni laat ze weten dat ‘[z]e godbetert een boekverbranding van Het negerboek aan het plannen [zijn]’. Naar nu blijkt is Roy Groenberg van de stichting Eer en Herstel Slachtoffers van Slavernij in Suriname van plan het boek, of de titel, op 22 juni op het Nationaal Monument Slavernijverleden in het Amsterdamse Oosterpark ceremonieel te verbranden. De heer Groenberg heeft de Canadese schrijver van het boek op de hoogte gesteld van dat voornemen. Lawrence Hill gaf daarover al een verklaring uit.

Ailantus, de uitgever van de Nederlandse vertaling, licht in onderstaande verklaring de keuze voor de Nederlandse titel toe en geeft aan graag de dialoog aan te gaan met de heer Groenberg.

Nieuwslijn Suriname besteedde vanochtend in een uitzending op Radio Nederland Wereldomroep aandacht aan de kwestie. Het programma is tot en met 21 juni te beluisteren. Op de site van de omroep verschijnt in de loop van de dag een artikel met een interview en foto’s. Verder lezen Boekverbranding ‘Het negerboek’

‘Met andere woorden’ op Poetry International

De blogredactie heeft de onderstaande oproep ontvangen en geeft die graag door.

Poetry InternationalVertaal zelf wereldpoëzie en ontmoet de dichter!
Ieder jaar bezoeken zo’n twintig tot vijfentwintig dichters uit alle werelddelen Nederland voor het Poetry International Festival. Professionele poëzievertalers vertalen hun gedichten naar het Engels en het Nederlands, en leveren zo een belangrijke bijdrage aan het festival: zonder hen zouden de gedichten van de festivaldichters immers onbegrijpelijk zijn en zou het merendeel van de programma’s niet kunnen plaatsvinden.

Het vertalen van de gedichten van festivaldichters is echter niet alleen voorbehouden aan deze professionals, maar iedereen kan zich storten op het creatieve proces dat vertalen is. Via Met andere woorden maak je zelf vertalingen van de gedichten van festivaldichters, ontdek je welke dilemma’s vertalers tegenkomen en ga je daarover met de dichter en de festivalvertaler in gesprek. Het vormt een introductie op de praktijk van het vertalen én een mogelijkheid om op verfrissende wijze het werk van een dichter uit een ander land of werelddeel grondig te leren kennen. Kijk hier voor meer informatie!

Het 42e Poetry International Festival vindt plaats in de Rotterdamse Schouwburg van 14 t/m 19 juni 2011.

‘De vertaling moet beter zijn dan het origineel’: over het vertalen van strips

Strips vertalen is voor boekvertalers een relatief onbekende tak van sport, die – zoals blijkt uit een een lezenswaardig artikel van Andreas Platthaus op de site van het Duitse Goethe-Institut – speciale eisen aan vertalers stelt.

Platthaus, redacteur van de boekenbijlage van de Frankfurter Allgemeine Zeitung, geeft inzicht in het vak (want dat is het), besteedt aandacht aan de marginale positie van stripvertalers en concludeert dat velen van hen uit liefde voor het medium de weg naar hun beroep hebben gevonden. Zijn stuk gaat weliswaar over de situatie in het Duitse taalgebied, maar is zonder meer herkenbaar voor Nederlandse boekvertalers.

Erikativ
Bijzonder interessant én vermakelijk zijn Platthaus’ korte portretten van enkele vooraanstaande Duitse stripvertalers, onder wie Erika Fuchs, bedenker van de Duitse namen voor Donald Duck en zijn familie, vrienden en kennissen. Fuchs ontving voor haar werk twee belangrijke literatuurprijzen, een eer die voor noch na haar een stripvertaler te beurt is gevallen.

Fuchs is ook de uitvinder van de naar haar vernoemde stijlfiguur Erikativ: ze breidde het voor strips typische gebruik van klanknabootsingen uit door handelingen die niet hoor- of zichtbaar zijn weer te geven met (de stam van) een werkwoord, zoals ‘denk, denk’ (bij een plaatje van een denkende stripfiguur). Andere stripvertalers zijn daar op voort gaan borduren en met bijvoorbeeld ‘knipper, knipper’ en ‘verheug, verheug’ gekomen.

Dergelijke vondsten geven blijk van de speciale creativiteit waar stripvertalers over moeten beschikken. Die moeten namelijk, vindt de Duitse mangavertaler Jürgen Seebeck, streven naar een vertaling die beter is dan het origineel. Stripvertalers genieten volgens Seebeck immers nog minder aanzien dan ‘gewone’ boekvertalers, omdat in hun genre de tekst ondergeschikt is aan het beeld.

Eerste Grote Jongerenliteratuur Prijs uitgereikt

Op het Crossing Border-festival in Den Haag is vrijdagavond voor de eerste keer de Grote Jongerenliteratuur Prijs uitgereikt. Uit een longlist van bijna honderd in 2009 verschenen boeken waren door de jury, onder voorzitterschap van Hedy d’Ancona, zes boeken genomineerd, drie oorspronkelijk Nederlandse en drie vertaalde. In beide categorieën was een prijs van 5000 euro te winnen, en wat daar heel bijzonder aan was: de buitenlandse auteur moest dat geld delen met zijn vertaler. Bij literaire waarderingen blijft de vertaler maar al te vaak buiten beeld, hoe groot zijn inbreng ook is en ondanks het feit dat het boek zonder die vertaler nooit in die vorm in het Nederlands had kunnen verschijnen. Daarom is het toe te juichen dat auteur en vertaler bij deze prijs als gelijkwaardig worden beschouwd.

De zes nominaties
Oorspronkelijk Nederlandstalig:

  • Trouw is de andere wang van Peter Bekkers (uitgeverij De Geus)
  • Dagen van gras van Philip Huff (uitgeverij De Bezige Bij)
  • Dit is geen dagboek van Erna Sassen (uitgeverij Leopold)

Vertaalde boeken:

  • Zeitoun van Dave Eggers, vertaling Maaike Bijnsdorp en Lucie Schaap (uitgeverij Lebowski)
  • Paper Towns van John Green, vertaling Aleid van Eekelen (uitgeverij Lemniscaat)
  • Muleum van Erlend Loe, vertaling Femmigje Andersen-Sijtsma (uitgeverij De Geus)

Hedy d'Ancona
Juryvoorzitter Hedy d’Ancona
(foto: Maaike Bijnsdorp)

 

De grote avond
Na de ontvangst in restaurant Mi Vida, waar iedereen in ontspannen sfeer met elkaar kennis kon maken, vond in de Koninklijke Schouwburg in Den Haag de prijsuitreiking plaats. Eerst werden alle auteurs en vertalers op het podium gevraagd voor een kort interview met presentatrice Britt Stubbe. Daarna deed voorzitter Hedy d’Ancona verslag van de jurering en werden de winnaars bekendgemaakt. Peter Bekkers won met Trouw is de andere wang in de categorie oorspronkelijk Nederlandstalig en Erlend Loe en zijn vertaler Femmigje Andersen-Sijtsma wonnen samen met Muleum. De drie winnaars kregen een mooie trofee en voor alle genomineerden waren er een oorkonde en bloemen.

Volgend jaar wordt de GJP uitgebreid met een publieksprijs, waarvoor jongeren zelf een stem kunnen uitbrengen. De campagne hiervoor start voorjaar 2011.

Meer foto’s hier.

Aankondiging: Die Frau mit den fünf Elefanten

In de filmreeks Made in Germany / Levensverhalen wordt elke maand een actuele Duitse film vertoond.

Die Frau mit den fünf Elefanten (CH/D 2009, 93 min., regie: Vadim Jendreyko, taal: Duits met Engelse ondertiteling) is een documentair portret van de zesentachtigjarige, van oorsprong Oekraïense Svetlana Geier, die haar leven in dienst stelt van het vertalen van Russische literatuur in het Duits. De laatste twintig jaar houdt ze zich vooral bezig met de vijf grote romans van Dostojevski. Tegenover haar nauwgezette intellectuele arbeid, die ze samen met een aantal gepensioneerde vrienden verricht, plaatst de film Geiers dagelijkse bezigheden in en om het huis: appels schillen, thee zetten en de kinderen en kleinkinderen ontvangen. Wanneer ze voor een gastdocentschap in Kiev wordt uitgenodigd, keert ze voor het eerst sinds vijfenzestig jaar terug naar haar geboortegrond. De film is genomineerd als beste documentaire bij de European Film Awards in december 2009.

Plaats: Filmhuis Lumen, Doelenplein 5, Delft
Tijd: donderdag 23 september 2010, 19:30 uur
Toegang: EUR 8,00 / met korting: EUR 6,00
Reserveren: 015 214 02 26

Plaats: Het Ketelhuis, Westergasfabriek, Pazzanistraat 4, Amsterdam
Tijd: dinsdag 28 september 2010, 19:30 uur
Toegang: EUR 8,50 / met korting: EUR 6,00
Reserveren: 020 684 00 90

Links:
Filmrecensie van de Neue Zürcher Zeitung
Goethe-Institut Niederlande
Duitsland Instituut Amsterdam
Het Ketelhuis
Filmhuis Lumen