Ontmoeting met de auteur

voorstellenHet ogenblik is daar: je vertaling ligt in de winkel! Na maandenlange intensieve omgang met alle personages (die je inmiddels intiemer lijkt te kennen dan je eigen vrienden), een interessante mailwisseling met auteur en persklaarmaker over allerlei details en een laatste kritische lezing van de drukproeven, ligt daar dan eindelijk een boek.

En nu komt de auteur naar Nederland om het boek te promoten, interviews aan de Nederlandse pers te geven – en met jou te eten, want als een schrijver een paar dagen in ons land is, organiseert de uitgever vaak een gezamenlijk etentje. Oké, denk je even, wij kennen elkaar al zó goed, wij zijn samen de ouders van het Nederlandse boek, dus dat wordt een weerzien van oude vrienden. Leuk! Totdat je bedenkt dat de schrijver natuurlijk niet al die maanden met jóú bezig is geweest. Die kent jou helemaal niet, en jij hem of haar eigenlijk evenmin. De onzekerheid slaat toe. Hoe maak je de auteur duidelijk dat het geesteskindje bij jou in goede handen was? Dat je begrijpt hoe het in elkaar zit, waar het gevoelig voor is, waar het behoefte aan heeft? Dat je snapt hoe het denkt en praat, welke woordjes het wel of juist niet kent?

Onzekerheid
Een eerste indruk is onuitwisbaar. De auteur moet niet meteen denken: wat erg – hoe kan zo’n middelbare Nederlandse iets begrijpen van mijn twintigjarige mannelijke Amerikaanse hoofdpersoon? Je speelt even met de gedachte iets aan te trekken waarin je wat minder middelbaar en Nederlands lijkt. Maar daarmee zou je de verdenking op je kunnen laden dat je vlot wilt doen en dat je vertaling dus ook wel iets geforceerds zal hebben.

Je besluit dus gewoon als jezelf te gaan. In het gesprek zal wel blijken dat je tegen je taak opgewassen was. En als de auteur dan niet overtuigd is – nou ja, het kwaad is geschied, volgende keer beter.

Wat dat betreft heeft een componist het toch makkelijker. Als die een stuk heeft gecomponeerd en de wereld in gestuurd, zijn in ieder land meerdere uitvoeringen mogelijk, en er kunnen meerdere versies op cd verschijnen. Valt een bepaalde uitvoering tegen, dan hoeft dat niet te betekenen dat een heel land een negatieve indruk van het stuk krijgt. Maar van een boek verschijnt doorgaans maar één vertaling. Die bepaalt het beeld van het werk in het betreffende land.

Pijnlijk
pijnlijkHet zweet breekt je uit als je terugdenkt aan een paar rampzalige auteursdiners uit het verleden. Dat etentje met de pijnlijk verlegen schrijver van die ene magistrale roman, die ondanks de steeds krampachtiger pogingen van de redacteur en jouzelf drie kwartier zwijgend tegenover je heeft gezeten – de wetenschap dat het de voltallige Nederlandse pers ook de grootste moeite heeft gekost een woord uit hem te krijgen, was nauwelijks een troost. Of dat groepsdiner met de gevierde schrijfster die je slechts een slap handje en een koel knikje gunde alvorens zich om te draaien, op zoek naar een gesprekspartner die haar aandacht meer waard was dan zo’n vertalertje. O, als deze auteur nou maar een beetje gezellig en geïnteresseerd is…

Zo kan het ook
Aldus piekerend loop je het restaurant in waar je met je redacteur en de auteur hebt afgesproken. Gelukkig komt je redacteur ook, die ken je tenminste, die kan het gesprek een beetje oliën. Je wordt naar het gereserveerde tafeltje gebracht. Wat je wilt drinken? Water natuurlijk, je wilt helder zijn, en bovendien is je auteur misschien wel geheelonthouder.

Even later komt de redacteur binnen, gevolgd door een onbekende. Dat moet de auteur zijn. Je wordt aan elkaar voorgesteld en iedereen gaat zitten. ‘So…’ Er valt een stilte. O jee. Maar dan begint iedereen tegelijk te praten. Heb je veel interviews? Met welke bladen? Wanneer ben je aangekomen? Vond je het boek leuk om te vertalen? Waar had je moeite mee? Had je affiniteit met de hoofdpersoon?

dolle-boel1De kaart wordt gebracht. We bestellen. Het gesprek gaat inmiddels over heel andere dingen dan het boek, want iedereen blijkt een privéleven en leeservaringen te hebben. We drinken een glas wijn en eten met smaak. Er ontspint zich een geanimeerde discussie tussen de ouders van het Nederlandse boek en de redacteur die de oom van dat boek is. Er valt een last van je af. Weerzien van oude vrienden? Nee – familie! Zo kan het dus ook.

Gepubliceerd door

Gerda Baardman

Gerda Baardman is literair vertaler. Vertaalde o.a. A.S. Byatt, Margaret Atwood, James Salter, Jonathan Safran Foer, Yann Martel, Helen DeWitt, James Ellroy, Tom Wolfe, Jonathan Franzen, T.C. Boyle, Douglas Coupland, A.M. Homes, Dave Eggers, Julie Orringer, Jeffrey Eugenides en Michael Chabon. Is overtuigd van het grote nut en het vele aangename van samenwerking.

5 gedachten over “Ontmoeting met de auteur”

  1. Wat jammer nou, ik hoopte eigenlijk dat zulke ontmoetingen op den duur minder eng zouden worden… Ik heb nu twee keer met een auteur aan tafel mogen zitten, wat totaal verschillend uitpakte, en dat maakt je stukje zeer herkenbaar, Gerda.

  2. En hoe het ook kan: lang geleden mocht ik een keer mee uit eten – voor het eerst van m’n leven in het Amstel Hotel – en als tegenprestatie zou ik op verzoek van de uitgeverij het gesprek gaande houden. Goed, Britse auteur arriveert (ondanks korte vliegreis toch al lichtelijk aangeschoten), met echtgenote. Maar wat de uitgever, verkoopmedewerker, journalist en ik ook probeerden: de auteur wenste alleen te praten over zijn enige passie: orchideeën kweken. Bovendien antwoordde zijn vrouw op mijn vraag of ze wel vaker meeging naar boekpresentaties en wat dies meer zij: ‘Nee.’ Einde ‘gesprek’. Nog nooit heb ik zo hard voor mijn brood (waar ik dus niet van heb kunnen genieten) gewerkt en zo krampachtig aan tafel gezeten, want het allerergste was dat ik (opgroeiende kinderen, weinig geld) een fraai gesneden maar goedkoop jasje van spijkerstof aanhad, en algauw bleek ik een zachtblauw waas achter te laten op de rand van het smetteloos witte tafelkleed…
    En dan die keer dat ik met een schrijfster ging lunchen om haar nog het een en ander te vragen. Haar ‘friend’ kwam straks ook nog, zei ze, en ze noemde wel een naam, maar ja, die bleef niet hangen. De vriend kwam er na de lunch gezellig bij zitten: een beminnelijke man, die vaag iets bekends had. Het werd een prettig gesprek over het boek van zijn vriendin, tot ik hem vroeg of hij ook schrijver was. Waarop hij bevestigend maar licht ontwijkend antwoordde dat hij poëzie schreef. Er begon een alarmbelletje te rinkelen. Terwijl hij met een tafelgenoot in gesprek was heb ik ‘mijn’ schrijfster zachtjes gevraagd hoe hij ook alweer heette… Arrgg, was het een Bekende Dichter, die ik eigenlijk wel had moeten herkennen. Hij vatte het bijzonder charmant op, en later heb ik zelfs nog een boekje van hem mogen vertalen.

  3. Gisteravond vond in Amsterdam een driedubbele ontmoeting tussen vertaler en auteur plaats: omdat bij uitgeverij Lemniscaat deze maand weer enkele boeken in de reeks Made in the USA verschijnen, zijn drie auteurs daarvan op bezoek in Nederland. Ineke Lenting, Annelies Verhulst en ik mochten gisteravond met hen aan tafel. Het gevolg is dat ik nu met tuitende oren achter de computer zit na een uiterst geanimeerde, gezellige en luidruchtige avond met John Green, Steve Kluger en Jordan Sonnenblick. Omdat het voor mij de tweede keer was dat ik John Green (en zijn vrouw Sarah) ontmoette, en omdat John ook mondeling niet om woorden verlegen zit, kwam het gesprek aan onze kant van de tafel meteen in volle vaart op gang, maar voor zover ik heb kunnen merken had iedereen het uitstekend naar zijn zin. Waarover het ging? Over schrijven en vertalen natuurlijk, en verder over seksuele voorlichting, over hagelslag, Anne Frank, musicals, Ajax, boekverfilmingen en nog veel meer. Tot slot: het was erg jammer dat niemand het gezicht van John Green heeft gefilmd toen hij een dubbelzout dropje in zijn mond stak.

  4. Dit hoorde inderdaad bij de leukere author-meets-translator evenementen. Het ging er zeer ontspannen aan toe. Terwijl Green en Sonnenblick zaten te grappen en grollen voerde ik een ernstig gesprek met mijn auteur (Steve Kluger), die eerder die dag nogal aangeslagen het Anne Frankhuis had verlaten.
    Wat ik prettig vond, was dat hij zeer geïnteresseerd was in de vertaling en hoe die tot stand was gekomen. Hij had een aantal middelbare scholen bezocht om iets over zijn boek te vertellen, en toen zijn begeleidster van Lemniscaat een fragment uit de vertaling had voorgelezen en hij probeerde mee te lezen, viel het hem op dat de leerlingen op alle goede momenten moesten lachen. Wat ik maar als compliment heb opgevat…

  5. Ik weet niet zo zeker of een componist het makkelijker heeft, zeker een moderne componist niet. Voor een componist met een nieuw stuk is het ongeveer zeer bijzonder dat zijn stuk gespeeld wordt. Over het algemeen worden alleen stukken die al een goede reputatie hebben meermaals uitgevoerd, laat staan op cd gezet. Dat betekent dat je eerste, en meestal enige, uitvoering wel degelijk een enorm verschil kan betekenen voor de indruk die zijn stuk maakt – net als bij een vertaling van een boek.

    Enfin, dat wilde ik even kwijt, maar hier gaat je stukje natuurlijk helemaal niet over. De auteurs die ik zelf meegemaakt heb, kende ik al voordat ik hun werk vertaalde. Dus ook dat is een ander verhaal…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *