Wij vertalers vallen vaak niet zo op. In stilte en bescheidenheid doen we ons werk, en we vinden dat vanzelfsprekend, want onze taak is een dienende: wij maken het werk van anderen toegankelijk in onze taal. Sommige lezers zien ons, andere zien ons niet. En van sommige auteurs krijg je medewerking en van andere niet. Maar er zijn auteurs die ons dankbaar zijn en die dat ook uit durven spreken. De Amerikaanse schrijfster Nina Sankovitch* is een van hen:
We owe thanks to the literary translators. Huge thanks. Through meticulous and exacting work, carried out in obscurity and often in utter anonymity, these magicians of language open the door to whole new book stacks of wonder; they gift us with new ways of experiencing an expanded world, and new avenues of sharing the human experience. Literary translators dismantle barriers of ignorance and allow us to enter at will into environments that are new in setting, landscape, and atmosphere, and yet familiar in the explored experiences of love, loyalty, duty, humor, deceit, betrayal, fear, despair, and resilience.
Dat is iets om trots op te zijn.
Dat we zelden in de schijnwerpers staan, vinden de meesten van ons niet zo erg. We verbergen ons graag achter ons beeldscherm om ons kluizenaarswerk te doen, liever dan in het middelpunt van de belangstelling te staan. Toch is het fijn om zo’n compliment te krijgen, eens van een ander te horen dat je werk belangrijk is, dat het deuren opent naar nieuwe werelden. Op onze beurt onze dank. Laat ons een moment genieten, vóór we onze plaats weer innemen achter ons toetsenbord.
Maar daar moet het niet bij blijven. Het is ook goed om dit verhaal te vertellen. Want veel lezers lijken zich niet te realiseren dat boeken worden vertaald door mensen van vlees en bloed, die daar soms maandenlang mee bezig zijn. Die over veel kennis moeten beschikken om dat tot een goed einde te brengen. En die daarmee deuren openen naar nieuwe werelden.
En aan wat men niet weet, kan men ook geen belang hechten. Tot het er niet meer is.
Tot die deuren naar die andere werelden zich weer hebben gesloten.
Misschien moeten we dat maar niet laten gebeuren.
* Het artikel ‘Thanking the translators’ van Nina Sankovitch staat in The Huffington Post.
Dank je, Maarten, dat je dit gepost hebt. Bescheidenheid mag een schone deugd zijn, vertalen is ook een veeleisend vak waar bij de gemiddelde lezer echter weinig kennis over en erkenning voor bestaat. Veel uitgevers komt dat maar wat goed uit, dan stellen die vertalers ook niet teveel eisen. Voortgaande gezamenlijke campagnes van de vertalers zelf moeten dat aanpakken, … en dan komt bescheidenheid niet altijd zo goed uit.
De werkgroep ‘Manuscripta’ zit ongetwijfeld alweer te broeden op onze promotie tijdens dat evenement. Op een van de vertalerslijsten werd geopperd 30 september, dag van de patroonheilige van de vertalers (Ja, die is er ook, of we nou katholiek zijn of niet: de H. Hiëronymus), aan te grijpen om actie te ondernemen. Daar moet misschien ook een werkgroepje voor komen dat ideetjes ontwikkelt en zoveel mogelijk vertalers bij de uitvoering betrekt. Ik bied me aan om mee te denken.
Alle schroom afgelegd, de wapenrusting omgegord en op ten strijde 🙂 !
Peter Gelauff