De aanzet
Het begint allemaal met een mailtje van Richard Kwakkel. Op 10 mei 2010 is hij druk doende met de oprichting van een werkgroep Algemeen Boekvertalers binnen de Vereniging van Letterkundigen en stuurt hij een oproep naar de boekvertalersgroep van Yahoo: ‘Jeanne Holierhoek heeft [onze werkgroep] namens de Werkgroep Vertalers gevraagd niet-literair boekvertalers dit jaar de kans te geven een stand of podium op de Manuscripta te verzorgen. We hadden het eerder vandaag over een kans om aandacht voor boekvertalers en het vak te vragen, dit is onze kans!’ Een prachtig initiatief van de VvL.
Enkele leden van de mailinglist melden zich, en uiteindelijk zijn het Tracey Drost-Plegt, Erica Feberwee, Yolande Ligterink, Lucy Pijttersen en Jan Mellema die hun stoute actieschoenen aantrekken en de Task Force Manuscripta vormen, gesterkt door senior consultant Martine Vosmaer, die al op Manuscripta 2009 ervaring had opgedaan.
De misvatting
We waren jong en onervaren en dachten de hele wereld van achter een kraam aan te kunnen. Want een kraam, dat was toch een beproefde presentatievorm? In 2008 waren er toch ook al boekvertalers geweest die zich achter een boekenkraam hadden verschanst om de dialoog met het publiek aan te gaan en het vak van boekvertaler meer bekendheid te geven? Leg daaroverheen het plaatje van de presentatie van (deels andere) boekvertalers op Manuscripta 2009 (met praatjes, lichtbeelden en een vertaalwedstrijd), en je snapt hoe het komt dat de TFM al een beeld voor ogen had: een boekenkraam, waar we dan onze eigenhandig vertaalde boeken uitstallen om een dialoog met het publiek vlot te trekken. En de rest zou vanzelf gaan.
Zoals gezegd: we waren jong en onervaren.
De realiteit
We hadden dan wel blij en jeugdig geroepen dat we iets gingen doen op Manuscripta 2010, maar hoe en wat dan precies? De TFM brainstormt. Prachtideeën worden geconcipieerd, bijgeschaafd, aangepast en/of verworpen. Daarbij blijft de boekenkraam als moeder aller presentatievormen in ons collectief bewustzijn rondspoken. Als blijkt dat de Manuscriptapraktijk weerbarstiger is dan we hadden vermoed en een kraam gans niet tot de mogelijkheden behoort, komt het stoere karakter van de TFM boven: na een fikse huilbui wordt het roer omgegooid. Geen kraam? Dan een presentatie! Er worden ons fifteen minutes of fame gegund: een podiumpresentatie van een kwartier. Onder het zingen van ‘TFM gaat nóóit verloren, knoop dat in je oren, van achteren en van voren’ vangt het brainstormen weer aan.
De uitkomst
We gaan een interview doen. Door middel van vraaggesprekjes zullen diverse aspecten van het vertaalvak aan de orde komen. De vertaler als hoogopgeleide, de vertaler als ongeschoolde, de vertaler als einzelgänger, de duovertaler, de beginnende vertaler, de doorgewinterde vertaler, het speedvertalen, het literair vertalen, het niet-literair vertalen: door het heterogene karakter van de TFM kunnen we het vak van verschillende kanten belichten. Ter illustratie zal tijdens de interviews een powerpointpresentatie te zien zijn, met informatie over de geïnterviewden (vertaald werk, opleiding, enzovoort).
Om de Manuscriptabezoeker ook iets tastbaars mee te geven, maken we folders (over het vertaalvak, uiteraard) en boekenleggers met diverse spreuken (‘Wie veel vertaalt, maakt lange reizen’). Folder plus boekenlegger worden in een handig envelopje gevat, met ook daarop een spreuk (‘Vertalers hebben er woorden voor’), en dit fraaie geheel zal niet alleen door óns aan het Manuscriptapubliek worden aangeboden (‘flyeren’), maar ook door uitgeverij Luitingh-Sijthoff, die bereid is gevonden het een en ander in goodybags te stoppen en het als geheel aan hun standbezoekers mee te geven.
De dag
Een paar weken voor die eerste zondag in september meldt Patricia Piolon zich nog aan, waardoor de diversiteit binnen ons clubje alleen maar vergroot wordt, en het is buitengewoon prettig dat ze vlak bij de Westergasfabriek woont – van oudsher de thuisbasis van Manuscripta – want daardoor kunnen we op de dag zelf op haar adres bij elkaar komen om de laatste voorbereidingen te treffen (lees: folders in de enveloppen stoppen, die door Traceys kinderen al van boekenleggers zijn voorzien).
Nadat we deze proeve van teambuilding met glans hebben doorstaan, begeven we ons lopend naar het terrein. We leveren 300 enveloppen met inhoud bij de stand van Luitingh-Sijthoff af, verdelen de overige, en spreken af deze aan de Manuscriptagasten uit te delen, een uurtje voorafgaand aan onze presentatie van kwart voor twee, ook om er nog extra bekendheid aan te geven. Tijdens het flyeren merken we hoe divers het Manuscriptapubliek is, en dat er diverse vertalers en vertalers-in-opleiding rondlopen. Een prettige ervaring.
De presentatie
Manuscripta is een goed georganiseerd evenement, merken we als we naar het podium toegaan. Laptop, beamer en microfoons staan klaar, zodat we zonder problemen kunnen beginnen. Na een korte introductie gaat Jan in gesprek met zijn jongste gast: Patricia, van wie net de eerste vertaling is verschenen en die iets vertelt over haar opleiding tot literair vertaler aan de Vertalersvakschool. Als tweede treedt Martine aan, die al meer dan 25 jaar in het vak zit en uitlegt hoe ze aan haar eerste vertaling is gekomen, waarom ze de voorkeur geeft aan duovertalen, en waarom Omwentelingen van Danielewski zo’n lastig boek was om te vertalen. Een filmpje van de gesprekken met Patricia en Martine vind je hier. Tracey heeft in Maastricht de opleiding tot medisch vertaler afgerond en vertelt over het vertalen van bijsluiters en het belang van bijscholingscursussen. Als laatste praat Yolande over de complexe problematiek rond de meermansvertaling van The Lost Symbol van Dan Brown. Met dank aan Maaike Bijnsdorp voor het maken van de filmpjes. Uiteraard zijn we blij dat er veel belangstellenden (o.a. collega-boekvertalers) bij de presentatie zijn geweest, en we hopen dat we een aantal aspecten van het vertaalvak hebben kunnen uitlichten. ’s Avonds komen we bij elkaar bij Gerda Baardman, een collega die in de buurt van de Westergasfabriek woont.
De afloop
De TFM vraagt de Yahoo-boekvertalers wie iets zou willen doneren om de gemaakte onkosten met terugwerkende kracht op te vangen, een onverholen bedelactie, waar een overweldigende respons op komt, zodat de kosten ruimschoots gedekt worden.
Naderhand laat de VvL, die het initiatief nam voor onze aanwezigheid op Manuscripta, zich niet onbetuigd en krijgen we de gemaakte onkosten (folders, boekenleggers) vergoed. We zijn zeer verblijd door dit gebaar.
Nu de bedelactie achteraf bezien niet nodig was geweest, bieden we alle donateurs aan hun gulle gaven terug te storten. Na verrekening blijft er een flinke pot over, die we reserveren voor Manuscripta 2011.
Tijdens het afsluitend etentje komen we tot de conclusie dat we het volgend jaar op Manuscripta graag weer willen proberen. Al dan niet met kraam. Hoe dan ook.
Heel leuk om nog eens na te lezen hoe we het allemaal voor elkaar hebben gekregen vorig jaar. We hebben er veel werk aan gehad, maar het was een geweldige ervaring om dat als Task Force voor elkaar te krijgen en de reacties van zowel publiek als collega’s waren zeer positief.
En nu zit ik al weer na te genieten van Manuscripta 2011, waarop we het over een heel andere boeg hebben gegooid. Daarover verschijnt vast nog wel een blogstuk, toch?
Nog een kleine correctie van mevrouw Kniesoor: mijn kinderen hadden niet de boekenleggers, maar de folders in de enveloppen gestopt (wat ze, vreemd genoeg, een ontzettend leuke bezigheid vonden, al was het maar omdat ze daardoor pas om half twaalf naar bed gingen). Bij Patricia thuis hebben de Task Forceleden er de boekenleggers aan toegevoegd.
Ook in 2011 was het weer zéér de moeite waard!