Net uit special: Jadviga’s kussen

JadvigaPál Závada, Jadviga’s kussen, uit het Hongaars vertaald door Mari Alföldy en onlangs verschenen bij Uitgeverij Wereldbibliotheek

Wie literatuur vertaalt uit een taal die de meeste uitgevers niet machtig zijn, fungeert al gauw tevens als onbetaalde scout dan wel literair agent, die gevraagd of ongevraagd boeken uit het taalgebied bij uitgevers onder de aandacht probeert te brengen. Sinds ik in 1998 een kort fragment uit Jadviga párnája van Pál Závada heb vertaald voor een Hongaars nummer van het tijdschrift De Tweede Ronde, had ik deze roman ‘op mijn verlanglijstje’ staan. Mijn blijdschap was dan ook groot toen de Wereldbibliotheek het boek wilde uitgeven.

Familieroman in een roerige eeuw
Závada, eerder bekend als tijdschriftredacteur en auteur van sociografisch proza, oogstte met zijn eersteling in 1997 een enorm succes in Hongarije. Een mogelijke verklaring voor de hoge verkoopcijfers is dat dit boek zowel de highbrow critici als het grote publiek aanspreekt: het is een op de klassieke leest geschoeide familieroman, die echter op een originele, eigentijdse manier wordt gepresenteerd. In een doorwrochte constructie, gebaseerd op dagboeken, wordt het verhaal verteld van de liefde tussen Ondris en Jadviga; het dagboek van Ondris wordt later aangevuld door Jadviga, en beider geschriften worden na hun dood opnieuw gerangschikt en van commentaar voorzien door hun enigszins achterlijke zoon Misu. Op de achtergrond van het liefdesverhaal speelt de hele geschiedenis van de twintigste eeuw mee (Ondris begint zijn dagboek in 1913 en Misu schrijft door tot eind jaren tachtig): de Eerste Wereldoorlog, het uiteenvallen van de Oostenrijks-Hongaarse monarchie en de etnische spanningen daaromheen, de Radenrepubliek, de Tweede Wereldoorlog, de communistische dictatuur. Dit alles wordt beschreven vanuit een Slowaakse dorpsgemeenschap in Zuid-Oost-Hongarije, afstammelingen van Slowaakse boeren die er in de achttiende eeuw land hadden gekregen in het door de Turkse oorlogen ontvolkte gebied, overigens ook Závada’s eigen achtergrond.

Liefde en ontrouw
Ondris Osztatní, een ondernemende boer, houdt hartstochtelijk van Jadviga, met wie hij ook trouwt. Zij is veel minder zeker van haar liefde voor hem: eigenlijk hield ze van Ondris’ (inmiddels overleden) vader, die eerder de grote liefde van haar moeder was geweest, voordat beiden met een ander trouwden. Na het overlijden van Jadviga’s ouders had vader Osztatní voor haar gezorgd als was zij zijn dochter. Bovendien heeft Jadviga een minnaar, maar Ondris loslaten kan ze niet. Indrukwekkend zijn de kwetsbaarheid van Ondris in de liefde en zijn lijden aan Jadviga’s ontrouw. De erotiek speelt een belangrijke rol in de roman, zonder dat die tot pornografie wordt. Misu ontwart al lezend de ingewikkelde familiegeschiedenis en komt er daarbij onder meer achter wie zijn echte vader is.

Het kussen
De titel slaat op Jadviga’s hoofdkussen, dat door haar jong overleden moeder is geborduurd en een stille getuige is van haar perikelen met Ondris en nog veel meer. De dubbelzinnigheid in het Nederlands is een grapje van de uitgever (en van de Nederlandse taal).

Vertaalperikelen
De moeilijkheden bij het vertalen van dit boek hangen voor een groot deel samen met het dorpse milieu, zowel wat de realia betreft (termen uit de traditionele landbouw, voedselbereiding en dergelijke) als in de stijl. De auteur zet op knappe wijze een tekst neer die geloofwaardig klinkt uit de mond van een enigszins ontwikkelde boer die zijn gevoelens probeert te beschrijven. De andere personages hebben ook een heel eigen stem. Jadviga schrijft wat hoogdravend en romantisch; het meest problematisch was echter de tekst van simpele geest Misu: hij schrijft vol spel- en taalfouten en vreemde logische kronkels. Zoiets functioneert in een vertaling niet op dezelfde manier: een Nederlandse tekst met vergelijkbare fouten (je zou onder meer kunnen denken aan het los schrijven van samengestelde woorden, d/t-fouten en dergelijke) ziet er al gauw uit alsof de vertaler gek geworden is. Uiteindelijk heb ik ervoor gekozen de onnozelheid van het personage en zijn onbeholpenheid met woorden tot uitdrukking te laten komen in een eenvoudige taal met spreektalige, soms wat klunzige formuleringen (waarin her en der wendingen uit de schrijftaal opduiken die hij ergens heeft opgepikt maar niet altijd juist gebruikt) en een wat staccato stijl met soms onaffe zinnen, maar zonder echt grove taalfouten of extreme spelling.

Een vreemde taal in de vreemde taal
Een ander probleem was dat de Hongaarse tekst doorspekt is met woorden en hele gesprekken in het Slowaakse dialect van die streek, in fonetische Hongaarse transcriptie (de personages spreken namelijk alleen Slowaaks maar hebben het nooit leren schrijven). Deze zinnen zijn voor een Hongaarse lezer al even onbegrijpelijk als voor de Nederlandse. Na enkele regels van een gesprek in het Slowaaks gaat Ondris over op Hongaars, en de vertaling van de Slowaakse tekstgedeeltes wordt gegeven in de voetnoten van Misu, voor wie Slowaaks spreken niet meer zo vanzelfsprekend is als voor zijn ouders. Ik heb ook in het Nederlands voor fonetische spelling gekozen, maar de lappen Slowaakse tekst wat korter gehouden omdat al te veel couleur locale de Nederlandse lezer zou afschrikken. Opmerkingen over verschillen tussen het Hongaars en het Slowaaks moesten ook sneuvelen: elke vertaling (althans van fictie) berust op een illusie, in dit geval dat het Nederlands de taal is waarin de personages spreken, schrijven en denken; het thematiseren van de oorspronkelijke taal verstoort die illusie en kan slechts met de grootste voorzichtigheid worden geïntroduceerd.

Ik hoop dat dit boek zijn weg ook naar het hart van de Nederlandse lezer vindt. Het verhaal van de liefde is immers universeel, en anderzijds geeft de context van een Slowaakse dorpsgemeenschap in Hongarije een exotisch cachet aan de geschiedenis: de lezer wordt een blik op de geschiedenis van de twintigste eeuw geboden uit een vrij onbekend perspectief.

Gepubliceerd door

Mari Alföldy

Mari Alföldy (Boedapest, 1962) studeerde Klassieke Talen en Hongaars. Sinds 1998 werkt zij voornamelijk als literair vertaler. Ze vertaalde o.a. romans van Sándor Márai, Imre Kertész, György Konrád, Géza Ottlik en Dezső Kosztolányi. Ze leidde vertaalworkshops van het Steunpunt Literair Vertalen en het Literair Productiefonds en stelde als gastredacteur een Hongaars nummer van het literaire tijdschrift Armada samen.

6 gedachtes over “Net uit special: Jadviga’s kussen”

  1. Je hebt me wel nieuwsgierig gemaakt naar dit boek. Ik ben vooral benieuwd naar je oplossingen voor de taal van de simpele ziel Het blijft altijd lastig om zulke dingen te vertalen, en het kan heel inspirerend zijn om te zien anderen het aanpakken en hoe het dan overkomt op de argeloze lezer.

  2. Dag Mari, na je oproep op MaFi heb ik je stukje gelezen. Ja, dat je als onbezoldigde tipgever fungeert snap ik, interessant aspect, toch, van het vertalersschap. Nu ik na heel veel vertaalklussen en vertalingen in MM ook een boek heb vertaald, kan ik nog meer met je meevoelen: met het keuzemaakproces etc. Interessant wordt dat voor mij om dit boek van Zaveda dan te lezen, immers, ik spreek Sloveesn, een taal dicht bij het Slowaaks, dus als het goed is kan ik wat men in het Slowaaks zegt dan meteen begrijpen. Ik ben het met je eens dat dit een interessant boek kan zijn aangezien je vanuit die Slowaaks-Hongaarse kant naar de geschiedenis van Midden Europa kijkt. Zo voelde ik me in 1979 ook, toen ik voor het eerst in Hongarije en Transsylvanie kwam: ik viel met mijn neus in de geschiedenis van Midden Europa!
    Zullen we je artikel ook in Most magyarul! zetten? Wanneer komt het boek uit?

  3. Dag Edwin, Het boek ligt al in de winkel, en ik vind het prima als je het in Most magyarul zet.

  4. Hallo Mari, gefeliciteerd met het verschijnen van je nieuwe vertaling! Met die illusie van de Nederlandstaligheid van de personages snij je een interessante kwestie aan. Een onoplosbaar probleem, dat je hooguit kunt verdoezelen. Mooi dat je je dat in dit boek blijkbaar hebt kunnen permitteren. Ik heb er in mijn vertaling van Vámos’ Apák könyve ook mee geworsteld, en ik heb hier en daar ook wel besloten om bijvoorbeeld een verwijzing naar de manier waarop een personage Hongaars spreekt weg te laten. Anderzijds was de Hongaarstaligheid van die personages op andere (de meeste) plekken een zo relevant gegeven dat ik er niet omheen kon. Daar moest de illusie dus hardhandig worden verstoord. In een boek dat vooral ook over de geschiedenis van Hongarije gaat, is dat misschien ook minder ernstig. Ik ben, na het lezen van je introductie, erg benieuwd naar het boek en naar je vertaling.

  5. Mari,
    Heb meteen wat exemplaren besteld die ik samen met jouw heldere en interessante commentaar aan vrienden kado zal doen.

  6. Hallo Mari

    Ik heb oude fotos uit Hongarije zojuist gezocht voor mijn vriendin Karin Bavinck (woont in Egypte). Zag in het plakboek de fotos van Tuti en Kismu en jou. Ga op zoek op internet en zie dat je schitterende Hongaarse boeken vertaalt.
    Lijkt me een leuk kadootje voor mijn vriendin om te geven…. heb je nog een leuk mailberichtje voor haar (en mij) . Groetjes uit het verre verleden Alien

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*