In het gisteren verschenen advies van de Raad voor Cultuur aan minister Plasterk van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, getiteld Innoveren, participeren, met een gedeelte over cultuurbeleid en een gedeelte over de culturele basisinfrastructuur, wordt onder andere expliciet aandacht gevraagd voor verbetering van de positie van vertalers.
‘Vertalers,’ aldus het advies, ‘zijn culturele ambassadeurs bij uitstek. Internationaal gezien is het zorgwekkend dat het vertalersbestand snel vergrijst. Er is – mede vanwege het slechte beroepsperspectief, de slechte inkomenspositie van vertalers en het geringe prestige van het vak – weinig aanwas van jonge vertalers.’ Er wordt dan ook gepleit voor het opnieuw instellen van een universitaire vertaalopleiding.
Voorts stelt het advies dat de inkomenspositie van vertalers verbetering verdient en dat extra ondersteuning van vertalers door de letterenfondsen noodzakelijk is.
Standaardcontract
Over het onder vuur liggende minimumtarief voor vertalingen zegt het advies:
„Standaardcontracten garanderen voor auteurs en vertalers een buffer om serieus hun beroep uit te oefenen. Het is dan ook verontrustend dat de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) recent heeft aangegeven de economische mededingingswetgeving van toepassing te achten op standaardcontracten voor auteurs en vertalers. Hierdoor staan het economische aspect en de culturele verantwoordelijkheid onder spanning. In het buitenland zijn specifieke auteursrechtelijke oplossingen gevonden om voor standaardcontracten een culturele uitzondering te maken. Op die manier zouden de huidige, minimale honorariumafspraken voor auteurs en vertalers kunnen worden gehandhaafd.�
Het volledige advies is op de website van de Raad voor Cultuur te downloaden (216 pagina’s, pdf).